www.freilassung.de
Back to Startpage  
Other Languages

Huiszoekingen en arrestaties in de BRD

Zondag 19 december viel om 6 uur s morgens een overmacht van 1.000 smerissen van diverse diensten het gelegaliseerde kraakcomplex Mehringhof, aan de Gneisenaustrasse aan de rand van de Berlijnse wijk Kreuzberg, binnen. De daarop volgende huiszoeking duurde tot zes uur =s avonds. Mehringhof is een enorm woon-werkpand waar naast een groot aantal woningen een dertigtal groepen en projecten onderdak vinden. Enkele van de bekendste van die projecten en groepen zijn de tijdschriften Lateinamerika Nachrichten en Anti-fascistisches Info, de linkse boekhandel Schwarze Risse, de kroeg Ex, de uitgever ID-Verlag en de Berlijnse arrestantengroep.

De duizend smerissen grendelden het hele complex af en lieten niemand meer erin of eruit. De identiteit van alle aanwezigen werd geregistreerd en een drietal illegaal verblijvende vluchtelingen werden opgepakt en naar een uitzetbajes afgevoerd. De deuren van alle werkruimten werden opengebroken, waarna alle ruimten minutieus werden doorzocht en op video werden vastgelegd. Dit alles geschiedde onder het mom van Ade inbeslagname van springstoffen, wapens, niet-toegestane scanners, peil- en zendapparatuur, alsook alle schriftelijke bescheiden betreffende het doorsluizen en overdragen van geld aan ondergedoken levende leden van de 'Revolutionären Zellen/ Rote Zora (RZ). Vervolgens werden een groot aantal plafonds, muren en vloeren opengebroken. Volgens een persverklaring van de bewoners/gebruikers van Mehringhof is daarbij voor minstens 100.000 Mark schade aangericht. Tijdens de huiszoeking verzamelden zich buiten de politie-afzetting 150 mensen om te protesteren tegen de gang van zaken. Op woensdag 23 december demonsteerden enkele honderden mensen in Berlijn tegen de huiszoeking, tegen de criminalisering van linkse projecten en vòòr de directe vrijlating van de arrestanten.

Doorgeslagen arrestantenDoorgeslagen arrestanten

Volgens een besluit van de onderzoeksrechter van het Bundesgerichtshof in Karlsruhe voor de opening van een>gerechtelijk onderzoek tegen onbekend= zou de doorzoeking van het complex gebaseerd zijn op verklaringen die werden afgelegd door de Berlijner Tarek Mousli die in november jongstleden werd opgepakt bij een huiszoekingsgolf, waarbij acht woningen verspreid in Duitsland werden doorzocht. Tarek werd waarschijnlijk op zijn beurt opgepakt naar aanleiding van verklaringen afgelegd door het RZ-lid Hans-Joachim Klein. Klein zou in 1975 aan de gijzeling door een groep RZ-leden van een groot aantal OPEC-ministers hebben deelgenomen. Klein leefde nadat hij uit de RZ was gestapt jarenlang onder valse naam in Frankrijk, waar hij ruim een jaar geleden werd opgepakt en ondertussen is uitgeleverd aan Duitsland. Tarek erd al eerder medio mei 1999 opgepakt en vervolgens begin juli '99 weer vrijgelaten.

Volgens Tarek zou een deel van de 110 kilo explosieven, die op 4 juni 1987 door onbekenden bij een bedrijf in Salzhemmendorf werd gestolen, door hem zijn opgeslagen in een geheime bergplaats in het complex Mehringhof. Tevens zou hij daar diverse wapens en nog andere springstof hebben verborgen. Tarek zou tevens hebben verklaard dat Ain Mehringhof het coördinatiepunt is gevestigd van waaruit ingezameld geld aan in de illegaliteit levende RZ-leden doorgesluisd wordt. In het besluit tot opening van een>gerechtelijk onderzoek tegen onbekend= wordt aangegeven dat Tarek Aniet meer weet waar zich de vermeende Abergplaats bevindt waardoor het doorzoeken van het hele complex vereist is. Dat zou des te meer nodig zijn aangezien Tarek beweert dat Axel H., de concierge van Mehringhof, lange tijd lid zou zijn geweest van de RZ.

Tijdens de doorzoeking van Mehringhof werden elders in Berlijn de woningen van Axel H. en van Harald G. doorzocht en de twee voornoemde personen opgepakt. Beiden worden beschuldigd van lidmaatschap van de RZ. Harald G., medewerker van Forschungsgesellschaft Flucht und Migration B een kritische nderzoeksgroep naar vluchtelingen en migratiestromen - en de diezelfde dag in Frankfurt gearresteerde vrouw Sabine Eckle zouden in 1987 (uit protest tegen het repressieve Duitse asielbeleid) een brandbomaanslag op een pand van de Sociale Dienstafdeling voor Asielzoekers in Berlijn hebben gepleegd en in hetzelfde jaar een Berlijnse rechter in zijn onderbeen hebben geschoten. In 1986 zou Sabine E. de chef van de Westberlijnse vreemdelingenpolitie in de benen hebben geschoten. De genoemde Sabine E. is de vriendin van Rudolf Schindler, die ruim een maand daarvoor al werd opgepakt in Frankfurt. Schindler is er, net zoals Tarek Mousli, bijgelapt door de al eerder genoemde Klein. De drie arrestanten zijn na hun voorgeleiding bij de onderzoeksrechter in Karlsruhe overgebracht naar bajessen in Frankfurt, Wuppertal en Düsseldorf. De advocate van Harald G. heeft bekend gemaakt dat hij geweigerd heeft een verklaring af te leggen. Van de andere arrestanten is op dit moment nog niets bekend.

Revolutionären Zelle(n) en Rote Zora

RZ is voortgekomen uit de protestbewegingen van het eind van de jaren zestig. Als gevolg van de steeds verder opgevoerde repressie van staatszijde tegen de studentenbeweging ontstonden begin jaren zeventig diverse stadsguerrillagroepen in Duitsland waaronder de Rote Armee Fraktion (RAF), Bewegung der 2. Juni en Revolutionäre Zelle(n). RZ liet voor het eerst in 1973 van zich horen met een aanslag op een vestiging van de multinational ITT in West-Berlijn, die betrokken was bij de kort daarvoor gepleegde staatsgreep in Chili. RZ heeft van het begin af aan een sterk anti-imperialistische inslag gehad. In het eerste nummer van het RZ-tijdschrift Revolutionären Zorn omschreef RZ haar doelwitten als volgt: AAnti-imperialistische actiesY; acties tegen filialen en handlangers van het zionisme in de BRD en acties die de strijd van arbeiders, jongeren en vrouwen moeten stimuleren en hun vijanden afstraffen en aanvallen. En (als kritiek op de RAF) AWij hebben niet de bedoeling een partij of een rood leger te worden. Wij zijn op dit punt erg voorzichtig, we zijn geen beweging maar maken er deel van uit. Wij willen tegenmacht in kleine kernen organiseren, die autonoom in de verschillende sectoren werken, strijden, interveniëren, beschermen, als deel van het politieke massawerk. Het illegale verzet moest gezien worden als aanvulling of katalysator van het legale verzet. RZ zag zich zelf, in tegenstelling tot de Rote Armee Fraktion, niet als voorhoede, haar leden bleven meestal bovengronds opereren en waren vaak betrokken bij legaal opererende sociale bewegingen. In een interview in een uitgave van 1980 van het blad Autonomie zeiden RZ-leden daarover het volgende: AVoor ons bestaat er geen hiërarchisch systeem van acties. (Y) Een denken in hiërarchische categorieën waardeert acties naar gelang van inzet en blijft zodoende gevangen in het patriarchaal-kapitalistisch denken. Pamfletten verspreiden of deelnemen aan een demonstratie was voor hen net zo goed verzet tegen het gevestigde systeem.

De RZ heeft met haar acties vaak geprobeerd aansluiting te vinden bij bestaande sociale bewegingen. Aanslagen waren gericht tegen kernenergie, de aanleg van Startbahn-West bij het vliegveld van Frankfurt, instellingen en ambtenaren die verantwoordelijk waren voor het repressieve vluchtelingenbeleid, gentechnologisch onderzoek, vrouwenuitbuiting, het abortusverbod en tegen handlangers van de Israëlische staat. Met name dat laatste zou in de loop van de tijd een omstreden bestanddeel van de RZ-ideologie worden, waarover verderop meer. Vanaf 1977 opereerden een deel van de vrouwen van RZ onder de naam Rote Zora en richtte zich met name tegen in hun ogen vrouwvijandige instellingen of personen.

De aanslagen van RZ waren meestal gericht op het aanrichten van materiële schade en het door verwonding (meestal knie- of beenschoten) intimideren van sleutelfiguren van het Aheersende systeem. Meerdere keren vielen er echter ook doden. Tijdens de gijzeling in 1975 van de OPEC-ministers in Wenen vielen drie doden en 1981 werd de minister van Economische Zaken en Verkeer van de deelstaat Hessen, Herbert Karry, doodgeschoten uit protest tegen de uitbreiding van het vliegveld van Frankfurt. Twee jaar later veroordeelde RZ de laatstgenoemde actie omdat die Aniet te rijmen viel met de grondslagen van de revolutionaire moraal. De aanslagen van de RZ gingen altijd gepaard met op grote schaal verspreidde communiqués, thema-brochures of artikelen in haar blad Revolutionären Zorn waarin het hoe en waarom van haar aanslagen werd uitgelegd en onderbouwd. RZ voerde echter ook andersoortige acties. In Frankfurt werden op vrij massale schaal vervalste kaartjes voor het openbaar vervoer verspreid en op grote schaal stempelautomaten onklaar gemaakt. Ook werden tips en handreikingen verspreid voor het veilig uitvoeren van sabotage acties. Vanaf het midden van de jaren tachtig waren de meeste aanslagen van de RZ gericht tegen het vluchtelingenbeleid van de Duitse regering.

De RZ, die altijd in een autonome cellenstructuur was georganiseerd en verspreid in heel Duitsland en daarbuiten meer dan 180 aanslagen uitvoerde, pleegde in 1995 haar laatste aanslag op een scheepswerf in Bremen waar oorlogsmaterieel werd gefabriceerd. Het is opvallend hoe weinig mensen van de RZ de Duitse justitie heeft kunnen opsporen. In 1976 onstond er in de Duitse linkse scene grote opschudding over de deelname van de RZ aan de gijzeling door een Palestijnse guerrillagroep van een Air France-vliegtuig. Bij die gijzelingsactie, die eindigde op het Oegandese vliegveld van Entebbe met een bestorming door Israëlische commando's, werden door de Palestijnse kapers de aanwezige Joodse passagiers gescheiden van de rest van de passagiers. Eind jaren tachtig ontstond er binnen de RZ zelf en tussen de RZ en de autonome scene wederom een heftige discussie rondom het anti-zionisme/anti-semitisme van de RZ. Naar aanleiding van de dood van RZ-lid Gert Albartus, die in Libanon door Palestijnen werd vermoord Aomdat hij een zionistisch agent zou zijn, werd er veel kritiek gespuid op het anti-semitische karakter van een aantal aanslagen en een deel van het gedachtengoed van de RZ. Vele RZ-cellen hebben sinds het begin van de jaren negentig via communiqués hun opheffing bekend gemaakt.

Kroongetuigenregeling en paragraaf 129a

Het lijkt alsof het Duitse justitiële apparaat op de valreep van het oude millennium nog snel een nieuw grootschalig onderzoek heeft willen openen tegen een organisatie die al sinds 1995 niet meer actief is en waar ze nooit veel vat op heeft weten te krijgen. Per 1 januari 2000 verloopt in Duitsland de kroongetuigenregeling waarbij verdachten strafvermindering kunnen krijgen in ruil voor verklaringen tegen andere vermeende mededaders. De afgelopen decennia heeft de Duitse justitie in een groot aantal rechtzaken gebruik gemaakt van deze regeling en vele mensen bereid gevonden eigenbelang boven (politieke) integriteit te stellen. Dat door deze koehandel vele mensen achter de tralies zijn gekomen is een betreurenswaardige zaak.Volgens artikelen in de Duitse pers zou Tarek tegen een vijftigtal mensen verklaringen afgelegd hebben. Zijn advocate heeft om die reden haar mandaat neergelegd.

Ondertussen heeft de Duitse justitie met deze nieuwe golf van huiszoekingen wederom de mogelijkheid gecreëerd om eens rond te snuffelen in diverse politieke projecten. Hoewel er niets door de smeris zou zijn meegenomen kun je je uiteraard wel voorstellen dat er het een ander door hen is vastgelegd op foto en video. Alle computers in het complex zijn bekeken en wie zegt dat er geen data gekopieerd zijn? Dat alles in het kader van het Duitse wetsartikel '129a, dat 'lidmaatschap of ondersteuning van een terroristische organisatie strafbaar stelt. Dat artikel fungeert als een soort kapstokartikel waarmee mensen zonder dat hun persoonlijke betrokkenheid bij bepaalde strafbare feiten bewezen hoeft te worden, veroordeeld kunnen worden. Het is te vrezen dat dit in deze zaak ook zal gebeuren. Twee van de drie feiten (het in de benen schieten) waarvan de nu gearresteerde mensen worden beschuldigd zijn verjaard. Voor een aanklacht op grond van '129a en de brandbomaanslag geldt dat echter niet. Bovendien maakt dat wetsartikel de bewijslast voor justitie veel gemakkelijker. Het feit dat mensen ooit (wat voor een) contact (dan ook) hebben gehad met vermeende RZ-leden, is al genoeg om hen van lidmaatschap of ondersteuning te beschuldigen. En de meeste Duitse rechters slikken dat ook! Tarek Mousli is jarenlang in Berlijn leraar vechtsporten geweest en heeft vele mensen uit de Berlijnse scene zelfverdedigingscursussen gegeven. Het is bepaald niet ondenkbaar dat de Duitse justitie daarin een grond ziet om een deel van deze mensen eveneens van lidmaatschap of ondersteuning te beschuldigen. In Berlijn wordt dan ook gevreesd dat er nog meer arrestaties zullen volgen.

Alle arrestanten vrij!

Geregeld geactualiseerde informatie is te vinden op:http://www.freilassung.de en http://gib.squat.net

Mensen of groepen die de arrestanten financieel willen ondersteunen kunnen bijdragen aan de proces- en advocaatskosten overmaken aan: Martin Poell Onder vermelding van: "Freilassung" Postbank Berlin Bankrekeningnr. 2705-104, Gironummer van de bank (BLZ): 10010010

Voor het stuk over de geschiedenis van de Revolutionären Zelle(n) en Rote Zora is gebruik gemaakt van: - Boudewijn Chorus, Als op ons geschoten wordtY, Pamflet, Leeuwarden, 1978 - Oliver Tolmein, Ein Portrait der Revolutionären Zellen/ Roten Zora aus gegebenem Anlaß, in TAZ, Berlijn, 27-7-1988 - Teksten van de Revolutionären Zelle(n) en Rote Zora zijn na te lezen in het nog verkrijgbare boek: Die Früchte des Zorns, Texte und Materialien zur Geschichte der Revolutionären Zellen und der Roten Zora, twee delen, Edition ID-Archiv, Berlin, 1993

Gepubliceerd in: Ravage, jaargang 12, 14-1-2000, nr 1

MAIL
http://www.freilassung.de/otherl/dut/holl1.htm